Startersvrijstelling OVB is niet discriminerend
Rechtbank Gelderland heeft de stelling dat de startersvrijstelling in de overdrachtsbelasting een vorm van verboden discriminatie is verworpen.
Wie een eigen woning verkrijgt en op dat moment meerderjarig, maar wel jonger dan 35 jaar is, heeft onder nadere voorwaarden recht op een vrijstelling van overdrachtsbelasting (OVB). Een van die nadere voorwaarden van deze zogeheten startersvrijstelling is overigens dat de waarde van de woning de € 400.000 niet overschrijdt. De zaak voor de rechtbank betrof een man die op 16 februari 2021 een woning had verkregen. Op dat moment was hij vijftig jaar oud. Voor de rest voldeed de man aan de voorwaarden voor de startersvrijstelling. Volgens de man is de voorwaarde dat de verkrijger nog geen 35 jaar oud is in strijd met het verbod op leeftijdsdiscriminatie.
Leeftijdsgrens past binnen doelgroep
De rechtbank haalt uit de wetsgeschiedenis dat uit onderzoek is gebleken dat de meeste starters tussen de 25 en 35 jaar oud zijn. De wetgever heeft dus gekozen voor een leeftijdscategorie die aansluit bij deze leeftijdsgrens voor de meest actieve koopstarters. Zo’n 73% van de personen die nooit eerder een woning hebben verkregen, valt onder de doelgroep. De rechtbank vindt de veronderstellingen waarvan de wetgever is uitgegaan niet evident onredelijk. De wetgever is daarmee binnen zijn ruime beoordelingsvrijheid gebleven. Daardoor is de leeftijdsgrens volgens de rechtbank geen vorm van verboden discriminatie.
Wet: art. 15, eerste lid, onderdeel p en 15a WBRV
Bron: Rechtbank Gelderland 7 juni 2022 (gepubliceerd 19 juni 2022), ECLI:NL:RBGEL:2022:2814, AWB 21/3019