Drie eindejaarstips voor lijfrentehouders. Wel of geen directe actie vereist?
Het einde van belastingjaar 2022 nadert met rasse schreden. Ook op het terrein van lijfrenten moeten weer belangrijke keuzes worden gemaakt. Wat is handig om nu nog te doen en wat moet je vooral nalaten, zo aan het einde van het jaar 2022? Kan er iets worden doorgeschoven naar 2023? In deze bijdrage worden drie eindejaarstips met bijbehorende aandachtspunten gegeven voor wat betreft lijfrenten.
Lijfrente-aftrek in 2022 gewenst? Stort uiterlijk in december van dit jaar nog!
Als iemand voor IB-jaar 2022 nog in aanmerking wil komen voor aftrek van lijfrentebedragen, dan rest er dit jaar niet heel veel tijd meer. Alleen de uiterlijk op 31 december 2022 betaalde lijfrentebedragen kunnen worden opgevoerd in zijn of haar aangifte IB/PVV 2022. De gelden moet dus uiterlijk op die datum het ‘vermogen’ van de lijfrentehouder hebben verlaten. Daarbij geldt de administratieve afboekingsdatum als uitgangspunt, en niet de valutadatum.
Maar, betaalde lijfrentebedragen zijn niet zonder meer volledig aftrekbaar! De jaar- en reserveringsruimte bepalen de werkelijke aftrekruimte van een belastingplichtige!
Lijfrente geëxpireerd? Tijd voor actie?
Als de opbouwfase (periode waarin nog geen uitkeringen plaatsvinden) van een lijfrente eindigt en de expiratiedatum dient zich aan, dan moet in principe een recht op periodieke lijfrente-uitkeringen worden aangekocht door de lijfrentehouder en zal de hoogte van de termijnen moeten worden vastgesteld. Soms kan de lijfrente nog worden uitgesteld. De keuze moet worden uitgevoerd binnen een wettelijke (uitvoerings)termijn.
Voor lijfrenten die in 2022 zijn geëxpireerd (of nog in dit jaar expireren) in verband met het op de expiratiedatum in leven zijn van de lijfrentehouder, eindigt op 31 december 2023 de wettelijke uitvoeringstermijn. Dan heeft de houder dus nog even de tijd om zich te oriënteren en is er nu geen directe actie nodig. Is de lijfrente van de lijfrentehouder in 2021 geëxpireerd in verband met het op die datum in leven zijn van de lijfrentehouder, dan nadert het einde van de geldende uitvoeringstermijn rap. Deze eindigt namelijk op 31 december 2022. Als de wettelijke termijn wordt overschreden, wordt fiscaal een afkoop aangenomen bij de lijfrentehouder. Dit kan verstrekkende fiscale gevolgen voor hem of haar hebben. Als tot op heden nog geen actie is ondernomen, dan is het nu de hoogste tijd daarvoor. Het is zaak de verzekeraar of bancaire instelling tijdig te laten weten wat er met het lijfrentekapitaal moet gebeuren!
TIP!
De inspecteur kan de wettelijke termijn op verzoek verlengen als er sprake is van bijzondere omstandigheden. Zo’n verzoek moet tijdig worden ingediend..
N.B.: Als een nabestaande door het overlijden van de verzekerde persoon de beschikking krijgt over een (nabestaanden)lijfrentekapitaal, dan eindigt de wettelijke termijn aan het einde van het tweede kalenderjaar volgend op het jaar van overlijden. Als in 2020 een lijfrentekapitaal als gevolg van een overlijden ‘beschikbaar is gekomen’ moet nog voor het einde van 2022 een direct ingaande nabestaandenlijfrente worden vormgegeven.
Nadert de ingangsdatum van de lijfrentetermijnen? Stel afkoop van de lijfrente dan uit!
In 2023 kunnen lijfrentehouders 10% van de waarde van hun box 1-lijfrente-aanspraak afkopen zonder dat zij over dat deel revisierente zijn verschuldigd. Deze optie staat open bij ingang van de lijfrentetermijnen. De Wet bedrag ineens, RVU en verlofsparen regelt dit. Het onderdeel ‘bedrag ineens’ treedt naar verwachting 1 juli 2023 in werking. Bij afkoop van een nieuw regime lijfrente (globaal: afgesloten na 1991) anno 2022 geldt dat over de afkoopsom IB in box 1 is verschuldigd en 20% revisierente. In 2023 kan daarop dus worden bespaard.
Conclusie
Alvorens in 2022 bedragen op een lijfrente worden gestort, is het verstandig eerst vast te stellen wat iemands aftrekruimte voor dat jaar is. Daarbij kan gebruik worden gemaakt van de digitale rekenhulp van de Belastingdienst. Als het wetsvoorstel ‘Wet toekomst pensioenen’ wordt aangenomen door de Tweede en Eerste Kamer, dan gaat vanaf 2023 de maximale jaarruimte omhoog van 13,3% naar 30% van een bepaalde grondslag.
Bij het bereiken van het einde van de opbouwfase van een lijfrente moet een belangrijke keuze worden gemaakt. Enige fiscale bijstand is daarbij zeker geen overbodige luxe. Blijkt het onmogelijk ultimo 2022 een weloverwogen keuze te maken, dan is het zaak tijdig een verzoek om termijnverlenging in te dienen bij de inspecteur, het beste is vóór het verstrijken van de wettelijke termijn, dus vóór 1 januari 2023.
Voordat men tot afkoop van een box 1-lijfrente overgaat, moet men zich eerst laten informeren over de fiscale gevolgen ervan. In het jaar 2023 kan men besparen op de revisierente als in dat jaar de lijfrente-ingangsdatum wordt bereikt en men wil afkopen. Dit is onder het voorbehoud dat het betreffende wetsonderdeel daadwerkelijk in werking is getreden. Afkoop van een lijfrente kan overigens ook gevolgen hebben voor andere zaken, zoals toeslagen en de inkomensafhankelijke Zvw-bijdrage. Het is zaak vooraf alle financiële gevolgen goed in beeld te hebben, opdat zich geen onaangename verrassingen zullen voordoen.
Erik van Toledo (op persoonlijke titel), Belastingdienst