Spaarders achtergesteld bij definitieve aanslag 2023’
Box 3-spaarders worden bij de definitieve belastingaanslag over 2023 achtergesteld bij beleggers omdat zij geen uitstel krijgen, zo stelt de Bond voor Belastingbetalers (BvB) tegenover het FD. Terwijl ook voor hen het komende oordeel van de Hoge Raad in de box 3-kwestie van belang is.
Omdat de Hoge Raad nog altijd geen uitspraak heeft gedaan over de tijdelijke vermogensheffing in box 3, krijgen belastingbetalers die beleggingstegoed opgeven in box 3 uitstel voor de definitieve belastingaanslag 2023. Maar wie zijn vermogen op een spaarrekening heeft staan, moet al wel definitief afrekenen over het veronderstelde rendement. Dat is niet eerlijk, vindt de belangenclub.
Uitspraak pas eind zomer
De Hoge Raad moet nog oordelen of de hersteloperatie van de overheid naar aanleiding van het kerstarrest – waarin werd geoordeeld dat de vermogensrendementsheffing niet strookte met Europese regels – en de daaraan gekoppelde tijdelijke systematiek door de beugel kan. Die uitspraak komt naar verwachting in augustus. In de tussentijd is over 2021 en 2022 geen definitieve belastingaanslag opgelegd aan beleggers en datzelfde geldt ook voor 2023. Demissionair staatssecretaris Van Rij (Fiscaliteit) wil daarmee voorkomen dat beleggers na een mogelijk gunstige uitspraak bezwaar gaan maken.
Forfaitair rendement later aangepast
Spaarders krijgen voor de jaren 2021, 2022 en 2023 wel gewoon een definitieve aanslag. Jurgen de Vries, voorzitter van de Bond voor Belastingbetalers, stelt dat de omstandigheden inmiddels zijn veranderd en dat ook de 650.000 spaarders uitstel dienen te krijgen totdat de Hoge Raad met zijn oordeel is gekomen. In 2021 en 2022 was het veronderstelde rendement op bank- en spaartegoeden respectievelijk 0,01% en 0%. Voor 2023 is de forfaitaire opbrengst vastgesteld op 0,92%: hoger dan de 0,36% die in de voorlopige aanslagen voor 2023 is gebruikt. En de Hoge Raad zou in augustus kunnen oordelen dat het forfaitaire rentepercentage al aan het begin van het betreffende belastingjaar moet vaststaan om spaarders duidelijkheid te geven.
Betaalrekeningen
Van Rij wilde geen uitstel geven aan spaarders omdat die afgelopen jaar bijna altijd meer dan 0,92% rente hebben ontvangen. Maar De Vries betoogt dat op betaalrekeningen helemaal geen rente wordt vergoed: staat het geld op zo’n rekening, dan betaal je dus belasting zonder dat daar rente-inkomsten aan ten grondslag liggen. Spaarders hebben nu alleen de mogelijkheid om zelf bezwaar te maken tegen de aanslag om rechten te waarborgen.
Bron: FiscaalvanMorgen