Financieel experts voorzien grote problemen door overbruggingswet box 3
Financieel dienstverleners waarschuwen voor de negatieve gevolgen van de voorgenomen Overbruggingswet box 3. Ze voorzien een hausse aan bezwaarprocedures, overbelasting van de fiscus en het nemen van onverantwoorde beleggingsrisico’s door een groep mensen. Er moet uitstel komen, is het pleidooi.
Het VFBO schrijft dat in een brief aan de vaste Kamercommissie van Financiën, die zich maandag buigt over het wetsvoorstel. De brief is mede ondertekend door de Vereniging van Vermogensbeheerders & Adviseurs (VV&A), de branchevereniging van financieel adviseurs Adfiz en het Verbond van Verzekeraars. De inhoud van de brief wordt mede gesteund door de branchevereniging voor vermogensbeheerders (Dufas). De ondertekenaar voorzien allereerst aanzienlijke problemen in de uitvoering als de voorgenomen overbruggingswet ongewijzigd wordt ingevoerd. ‘Het wetsvoorstel voorziet er namelijk in dat alle beleggingen belast zullen worden alsof er een rendement van 6,17% is gemaakt. Voor veel (voorzichtige) beleggers is dat een onhaalbaar rendement.’
Procesverstoringen
Het VFBO wijst erop dat de Hoge Raad in het zogenaamde Kerstarrest het gebruik van forfaits in de belastingwetgeving niet categorisch heeft afgewezen, maar dat een forfait de werkelijkheid zo goed mogelijk dient te benaderen. ‘Omdat daar in veel gevallen geen sprake van zal zijn, zullen beleggers en hun adviseurs waarschijnlijk op grote schaal bezwaar gaan maken tegen het forfaitair opgelegde rendement, teneinde in elk geval hun rechten te behouden. Een hausse aan bezwaar- en beroepsprocedures kan tot procesverstoringen bij de Belastingdienst leiden. Terwijl staatssecretaris Van Rij juist aangeeft dat de capaciteit aldaar hard nodig is voor de implementatie van de wetgeving van box 3 ná 2026.’
Meer risico’s nemen
Verder voorziet het verbond dat defensieve beleggers zich anders gaan gedragen. ‘Teneinde in de buurt te komen van het opgelegde rendement van 6,17%, zullen beleggers meer risico’s gaan nemen, is de verwachting. Terwijl dit in veel gevallen, vooral voor kleinere beleggers, onverstandig is, zo stelde de AFM in maart 2020 al eens vast. De overbruggingswetgeving box 3 geeft echter een prikkel om beleggingsportefeuilles en -verzekeringen aan te passen naar meer offensieve portefeuilles. Het VFBO ziet de risico’s van dit soort onwenselijke gedragsveranderingen bij (kleine) beleggers met een defensief tot neutraal beleggingsprofiel met zorg tegemoet.’
Belasting op basis van het werkelijke rendement blijft de voorkeur hebben van de financieel dienstverleners. ‘Niemand is gebaat bij een tijdelijke maatregel die dezelfde kwalen herbergt als de huidige wet. Het VFBO vindt een potentieel juridisch niet-houdbare oplossing niet de juiste oplossing. Zij oppert de belastingheffing tijdelijk voort te zetten zoals deze nu verloopt voor de belastingjaren 2017 t/m 2022, namelijk op basis van rechtsherstel.’
Bron: fiscaal vanmorgen